Alle deelnemers Sjans – laatste bijdrage tweewekelijkse

Aline

Het was nog vroeg, toen ze besloot de fiets te pakken. Vandaag zou ze eindelijk eens was kilometers gaan maken. Anders zou de vakantie straks een groot probleem worden. Ze had namelijk een fietsvakantie geboekt door Frankrijk. Maar om daar nu ongetraind mee aan te vangen, leek haar geen goed idee. Met een zorgvuldig ingepakte rugtas liep ze even later naar het schuurtje. Ze pakte haar fiets, sloot de deur achter haar en begon te trappen. Ze had er zin in en met een klein half uurtje was ze de stad uit, nu kon ze eindelijk genieten van de natuur, de zon en al het moois wat er te zien was. De zon wat had ze die gemist de laatste tijd, de laatste paar maanden had ze alleen maar wolken en regenbuien gezien. En die bleken niet echt uitnodigend voor een lange fiets rit.

 Na een paar uur trappen, met af en toe een pauze om wat mooie foto’s te schieten, was het tijd om te gaan lunchen. Ze pakte haar rugtas en haalde daar een kleed uit, een picknick tegen de rand van het bos wat wilde ze nog meer? Ze had zelfs een boekje meegenomen en terwijl ze af en toe een hapje nam, zat ze al snel in het verhaal. Ze schudde af en toe haar hoofd, de schrijfster had wel een hele grote fantasie, dit soort dingen gebeurden nou nooit in het echt. Prinsen op witte paarden, die bestaan niet, die zijn bedacht om ons voor de gek te houden.

Anne was al jaren vrijgezel en geloofde niet in liefde op het eerste gezicht. Daar was ze te nuchter voor, zoals ze het zelf zou omschrijven. Dat ze al een tijdje werd gadegeslagen  had ze niet eens door. Ze at, ondertussen genietend van het boek, haar lunch op, en vergat niet te drinken daarbij. Zeker op een dag als vandaag wanneer de zon op eens weer vol aan de hemel stond was het erg belangrijk om niet uit te drogen. Bij haar laatste slok keek ze even weg van haar boek om de natuur nog even op te snuiven. Pas toen zag ze dat ze niet meer alleen was. Geen idee hoe lang die man daar al zat, keek hij nou ook naar haar?

Lang dacht ze er niet over na,  ze was hier immers om te fietsen, en haar pauze had lang genoeg geduurd. Ze ruimde alles op in haar rugtas, en toen ze weg wilde fietsen, stond de man ineens naar haar. “Sorry maar mag ik u wat vragen?” Ze keek hem aan, en smolt ter plekke ze keek in de mooiste ogen die ze ooit had gezien. Zijn kaaklijn was prachtig, zijn haar zat goed op zijn kop, ze besefte dat ze nu toch wel eens een antwoord moest gaan geven, maar ze was de vraag al vergeten. “Sorry wat wilde je weten?” Martin keek haar lachend aan, hij had al even de tijd gehad om haar in zich op te nemen. Hij had haar al gadegeslagen toen ze zat te lezen.

“Heeft u al plannen gemaakt voor het avondeten?”, hij was recht voor zijn raap. ‘Zo niet mag ik u dan uitnodigen met mij te dineren, ik weet een heel goed en lekker restaurant een kilometer of acht hier vandaan”.  Nog voor Anne er maar één woord uit kon brengen viel hij alweer in de reden. “Ik weet dat ik een onbekende ben, maar ik kan mijn ogen niet van u afhouden en wil u graag leren kennen”.  Anne die in eerste instantie gelijk nee wilde roepen, besloot bij het kijken in de mooie ogen, dat het geen kwaad kon om een hapje te gaan eten met deze zeer brutale vreemde. “Lijkt mee heerlijk  echter wellicht is het beter om bij het begin te beginnen, hoi mijn naam is Anne, en wat is jouw naam?”

© tekst en foto Aline

Moisés

Zittend op een terrasje, genietend van de zon en de vrienden om me heen. Kijk ik rond en zie ik niks anders dan alleen maar mensen mensen en nog eens mensen. 
Van zulke dagen kan ik nu echt genieten, en zeker alle stress van mijn werk even van mijn afzetten. Ik praat met vrienden die ik door mijn werk jammer genoeg toch niet vaak zie, maar dagen zoals deze doen mij realiseren hoe bijzonder zij zijn. 
We lachen ons rot drinken, eten, kortom het leven zoals het eigenlijk elke dag zou moeten zijn. 
Op sommige momenten vergeet ik dat ik op een heel groot druk plein zit met alleen maar terrasjes, maar hey, even doet het me niks, dagen zoals deze zijn er om met volle overgave van te genieten, morgen is morgen en vandaag om van te genieten. 
Ik laat het gesprek even voor wat het is om me in mijn stoel te laten zakken en van elk moment te genieten. Tot mijn blik haar schoonheid opvangt. Als ik al even de mensen om me heen was vergeten dan nu helemaal. 
In mijn gedachte beweegt ze alsof het zich allemaal in slowmotion afspeelt. 
Ik zie langzaam haar lach ontstaan en haar ogen stralen alsof het een opkomende zon is op een mooie zomer morgen. Haar bruine haren glimmen alsof ze zo uit een shampoo reclame komen en hangt sereen langs haar gezicht. 
Elk fractie van een seconde word door me opgevangen en is daarom waarschijnlijk de reden waarom ik het allemaal zo langzaam zie gebeuren. 
Wat ik zie kan je ook vergelijken met planeet die het licht van de zon reflecteerd tussen de sterren, terwijl het licht van de sterren ongeduldig blinkt, straalt de planeet het licht sereen in je ogen. 
De wereld om haar heen beweegt normaal maar haar bewegingen vang ik op alsof het dus slowmotion is. 
Ik blijf naar haar kijken en elk seconde valt me steeds meer op hoe mooi ze is. Alsof je live naar een bloem kijkt die langzaam haar schoonheid toont door zich te openen in de vroege morgen. 
Voor ik er zelf erg in heb kijkt ze me tussen de mensen menigte recht in mijn ogen aan. Ik schrik ervan dat ik weer even in de realiteit word gebracht. 
Zoals haar lach ontstond, zo tovert ze een lach op mijn gezicht die ineens voluit op mijn gezicht te lezen is. 
Ze zwaait charmant en in een reflex groet mijn hand haar terug. 
Ze praat verder met haar vrienden, maar merk dat ze zo nu en dan toch even mijn kant op lacht en zwoel knipoogt. Alsof mijn lichaam de controle over me heeft overgenomen sta ik op uit mijn stoel en loop ik haar richting uit. 
Mijn hoofd vraagt zich af wat ik in godsnaam aan het doen ben, mijn lichaam negeert dat en mijn voeten volgen de instructies van mijn lichaam gehoorzaam op aangezien ze samen een pact hebben gesloten en stappen rustig haar kant op. Voor ik het weet sta ik voor haar. Ook mijn mond negeert mijn hoofd, wat misschien helemaal nog niet zo een slecht idee is. 
Ik zeg haar vrienden gedag en stel me aan haar voor. 
Als ik dacht dat haar lach niet mooier kon worden, ben ik zojuist bedrogen. Ze stelt zich voor en vraagt of ik wil zitten. Mijn hoofd heeft de strijd allang opgegeven en zet het op automatisch piloot. 
Als je me op dit moment zou vragen wie ik ben en wat ik doe zou ik je spookachtig aan kijken omdat ik even helemaal blank ben, maar bij haar komen de woorden uit mijn mond alsof het een compositie is die ik zelf heb geschreven en al jaren speel. 
Het is alsof ik gedragen word door een wolk. We praten en praten en zal je eerlijk vertellen dat tijd iets is waar ik op dat moment het bestaan van ontken. Maar toch komt het moment dat ze afscheid van me moet nemen, ze geeft me haar nummer en vraagt me of ik haar een keer bel om iets samen af te spreken. “Ja natuurlijk graag zelfs” spreekt mijn mond uit, Ik sta op geef haar drie zoenen, zeg haar gedag en geniet nog even van haar lach als ze weg loopt. 
Langzaam kom ik tot de realiteit die me verteld. “je bent verliefd op de vrouw waar je altijd van gedroomd hebt”

Spuit 11

Hij kwam toch niet haar kant op? Oh jee, hij kwam op haar aflopen. Cocktail met purple kleurtje in de hand, type charmante klootzak, met snor. Die kon het schudden! Ze streek haar little black dress glad en duwde haar rechterheup naar voren. “Ik heb wat te drinken voor je gehaald, iets met ‘Parfait d’Amour” deed hij als man van de wereld  “Wil je….?”

Ze was uitgenodigd door vriendin. Haar man was kunstenaar en zijn werk hing hier, als soort van hulde aan hemzelf, te prijken in het museum. Met aansluitend een diner, alleen voor genodigden. Alle bobo’s van de stad waren aanwezig + BNers. Freek de Jonge had ze zien rondlopen en Jan Mulder. Lekker belangrijk. Maar wel leuk om mee te maken natuurlijk.

Als ze te veel onder de indruk dreigde te raken, visualiseerde ze gewoon de persoon in kwestie voor zich, terwijl hij zijn gat afveegde. Ze was benieuwd naast wie ze aan tafel zou zitten. Liever niet naast snorremans! Aat Veldhoen leek haar wel wat, connaisseur pur sang! Dat was dan dubbelop tijdens het diner. Een dame alleen kon zichzelf tenslotte maar het beste wensen. Vooruit met de geit!

“Wat brengt jou hier?” vroeg de man die Hans bleek te heten. Natuurlijk. Hij droeg een donkerblauw, licht glimmend pak, a la Mathijs van Nieuwkerk. Die ze ook niet te pruimen vond trouwens.                                                                                                                      Maar goed.

Hij was duidelijk erg tevreden met zichzelf. Op een voor haar niet direct te verklaren, onaangename manier. Ik moet mijn lippen stiften of iets van dien aard, dacht ze. “Neem me niet kwalijk, ik moet even”….

En weg was ze.

Naar het toilet dan maar, even de boel checken. Ze moest wel een verdieping lager, zou ze de trap nemen met haar pumps?

Art: Leander Haaitsma

Foto: Niels Bax

Svara

als het veilig is
kan sjans op weg naar liefde
dat is altijd prijs

in liefde huist veiligheid
daar hoeft sjans niet bij te zijn

.

© svara
28-08-2011

assyke

Psssttt…
Waar ze ook liep. En welke geluiden haar ook omringden. Toeterende automobilisten, ezelgebalk en verbaal menselijk lawaai. Dwars daar door heen klonk overal deze poezenroep.
Ze haatte het. Wat ze ook deed. In wat voor zak met kleren ze zich ook stak. Hoe onzichtbaar ze ook dacht te zijn. Zodra ze een stap buiten de deur deed kon ze het horen.

Het had haar angstig gemaakt. Zo angstig dat ze wekenlang binnen bleef en boodschappen liet bezorgen door buurjongetjes. Maar toen de moeders van de boodschappertjes haar kwamen vragen wat er scheelde, of ze soms ziek was en de pannen met eten voor haar deur werden neergezet, vermande ze zich. Zo kon het ook niet langer. Het laatste wat ze wilde is dat men haar ging nawijzen.
En dus trok ze haar grauwste djellaba aan, maakte haar ogen niet op en liep op afgetrapte schoenen de trappen van het flatgebouw af. In haar tas had ze een zorgvuldig samengesteld boodschappenbriefje. Ze zou alles uit de winkelstraat halen, dat was wel duurder, maar de wandeling naar de markt was er een vol gevaren.

Ze was binnen een half uur weer thuis. In haar markttas lag een doos eieren. Stuk voor stuk gebroken, zo´n haast had ze gehad om weer veilig thuis te komen, dat ze er niet aan gedacht had haar tas te beschermen tegen de betonnen treden. En bij elke stap die ze op weg naar boven had gemaakt, had een schaal het begeven.

De mannen op de hoek van haar straat hadden gefloten.

Haar maag knorde toen ze het struif door het afvoerputje zag lopen. Ze zou zweren dat de mannen op de hoek niets tekort kwamen vandaag, terwijl haar opnieuw een dag van vasten te wachten stond.
Ze waste haar handen van het kleverige ei en liep naar de slaapkamer. In haar klerenkast hingen prachtige moderne kleren. Korte rokken die ze nooit aan had gehad. Hoge hakken die nieuw en scherp in de schoenendozen naar haar lonkten.
Gefloten werd er toch. En wat ze ook aan trok, ze was en bleef vrouwenvlees.
Waarom dat vlees niet open en bloot verpakken in wat zij mooi vond?

Ze nam haar toilettas en haalde mascara en oogpotlood te voorschijn. Hoe mooier ze zichzelf maakte, hoe meer ze de angst voelde weg ebben. De vrouw die haar aankeek, mocht er zijn.
Hier voor de spiegel. Maar ook straks op straat. Met een laatste blik op die mooie vrouw, trok ze de deur achter zich dicht.

Het was tijd voor boodschappen.

……………..

assyke

De auto reed weg.

God, wat hield zij van dit soort autootjes. Voor ze de sleutel in het slot stak, stal ze een vluchtige blik uit het etalage raam. De hoofddoek stond haar goed, alleen al om die reden zou ze er dagelijks een ritje in willen maken.
Ze wist ook wel dat dat niet reeel was. Met alle slecht weer momenten, zou het dak er vaker op zitten, dan haar lief zou zijn. Terwijl ze de trap opliep, vroeg ze zich af of ze verder zou gaan met de brieven. Had dat nog zin, had ze haar besluit al niet genomen, tijdens het ritje van zojuist? Zou er iets beters tussen zitten dan wat haar vandaag was overkomen?
Het kon geen kwaad haar ego nog een opkikkertje te geven. Die van haar kon heel wat hebben, grinnikte ze. Van complimenteuze mannen kreeg een vrouw een goed humeur. Ze had dit al veel eerder moeten doen. Terugkijkend op de braakneigende avonden in de kroegen van het afgelopen jaar, vroeg ze zich af hoe ze dat zo lang had volgehouden. Al die smerige mannen, dronken, half dronken, aangeschoten, volgegoten en alsof al die drank al niet erg genoeg was, waren het ook stuk voor stuk mannen met een zelfde scenario. Een paar drankjes, een ondeugend zoentje en dan de rest…in zijn of haar bed.
Ziek werd ze van dat glibberige verwachtingspatroon. Ze was geen drinker, ze had geen nymfomane trekken en bovendien was ze uitermate kritisch ingesteld. Het kon niet anders of ze ontwaakte elke maandagochtend met een hardnekkige migraine. De hoofdpijn vertelde haar dat ze niet goed bezig was. Kroegen aflopen was niet haar manier, het hoorde niet bij haar, het maakte haar moe en ongelukkig.
Een collega op het werk die de wallen onder haar ogen had opgemerkt, vroeg haar wat ze in hemelsnaam uitspookte in het weekend. Iets leuks kon het niet zijn, gezien het humeur waarmee ze de maandagochtenden op het werk verscheen. Laat ik voor deze keer van mijn hart geen vuilnisbelt maken, had ze gedacht en in de pauze luchtte ze haar hart.
De collega had gelachen om de wijze waarop ze haar energie verspilde. Ze nam haar bij de arm op weg naar haar bureau. Kijk, zei ze, terwijl ze haar pc op startte, er zijn geweldige datingsites op internet. Geen onnodige drankjes en sigarettewalm in fout gezelschap.  Niets wat jij niet wilt. Zelfs flirten doe je risicoloos vanachter je steriele computerscherm.
Ze had ademloos geluisterd. Natuurlijk! Het lag zo voor de hand…dat ze er aan voorbij was gelopen. De collega kreeg een dikke knuffel en ze ging meteen aan de slag. Het eerste wat ze volgens de collega nodig had, was een sprankelend maar realistisch profiel. Dat profiel was een noodzakelijke investering. Raffel het alsjeblieft niet af, neem er de tijd voor, echt, je zult zien, dat je er nog heel veel plezier aan zult beleven.
En ze had gelijk gekregen, dat goede mens. Sinds een paar weken was ze pas online. Maar door dag en nacht online te zijn, had ze al een paar stevige contacten. Omdat ze niet alles via het scherm wilde afhandelen, had ze haar contacten gevraagd haar een lange handgeschreven brief te schrijven, uit de stapel zou zij die brief uitpikken die haar het meest aansprak. Een afspraak zou dan spoedig volgen.
Deze van vandaag was de eerste. Een afspraak met een cabrio.

Als het aan haar lag kon de rest van de brieven in de prullenbak.

Artafterallart

Als je lusteloos bent, lijkt het alsof je lichaam alle ballast van het leven heeft opgezogen en je gedachten in die klei fossielen worden. Alles wat je bent, heeft geen waarde meer. Alles wat je liefhebt, verliest alle zwaartekracht. Alsof buiten je een orkaan woedt en je in het epi-centrum gelaten je bestaan, je wereld en je leven laat verwoesten. Dat die orkaan Thanatos heet en dat je in zijn armen de dood in danst, vind je allang best. Je scheidt je zonder stribbeling van wie je bent als van de ander zonder wie je niet meer kunt bestaan zonder jezelf teveel te voelen. Zet mij maar bij het vuilnis, is het enige dat je voor hem of haar over je lippen kan krijgen.

Eros heeft dat onmiddellijk door, maar jij wilt geen vrolijkheid in huis en laat wie je liefhebt de boodschappen doen. Je stuurt je liefde de deur uit als een dienstbode die ongewenst is nu je zo in beslag wordt genomen door de zinloosheid, door het niet-zijn. Een eigenaardige adelstand neemt bezit van je. Je holle kinderhoofd gaat heersen over alles en iedereen met de krachteloze poses en gebaren van een grootgrondbezitter die alles weggeeft als hij maar met rust gelaten wordt en hooguit van grote afstand beweend wordt. Geen grotere aansteller dan een depressieve man is voorstelbaar voor de gezonde van lichaam en geest.

Een vreemde omslag die haat jegens het leven die we depressie noemen, waarin bloemrijke woorden verdorren en de taal van de vernieting je daadwerkelijk de dood in kan jagen. Het dansen is bizar. Je hangt in zinnen als dat het niets meer wordt met je, dat het nooit wat heeft voorgesteld, dat iedere inspanning voor niets is geweest, in de armen van Thanatos stomdronken van zelfontkennende gedachten.

Thanatos hoeft je maar te wiegen of je walging van de mens en zijn wereld, van alles wat je gemaakt, gedaan en gedacht hebt, kots je al over zijn hagelwitte pij uit. In zijn knappe gelaat ontbloot zijn grijns een tandenkerkhof, waartussen je op zoek gaat naar een gat voor je graf. Oude gedachten aan knekeldalen, die ieder woonoord hoort te onderhouden voor wie wil sterven als hij meent dat het zijn tijd is, doen je dagdromen over je dode broer die je komt halen om je op zijn knekels naar zo’n dal te vervoeren. Je wilt bij de doden zijn, bij hen horen die het leven en daarmee jou de rug hebben toegekeerd.

Maar dat hou je niet vol als eenmaal Eros weer thuis is en wars van je pogingen in gedachten te sterven vissen, groenten, fruit, broden, noten, bloemen, kranten, dranken, vlees- en deegwaren op de tafel uitstalt als een stilleven van de vrijheid het er altijd van te nemen. De liefde neemt geen genoegen met een bijna dode in huis en laat zich niet als levenloze natuur aan de kant schuiven. Je mag je nooit voor de ander afsluiten, hoor je als gefluister van merels om je heen. Met wit licht, strijkkwartetten en een amusante operette raakt de zelfgegraven put verstopt.

Het wordt kiezen of delen. Luisteren naar de stem die zegt dat het sneller voorbijgaat als je er tegen in opstand komt en de duisternis uit je lijf rent. Of naar je kop die de deur dichtknalt als er aangebeld wordt en door de brievenbus de klachten stromen dat als je er niets tegen doet, je de ander echt pijn doet en dat jij dat op je geweten hebt. Je schrikt wakker als je merkt dat je tranen door Thanatos gekust worden en niet door Eros, die het boeltje al heeft ingepakt en je geen keuze laat. Of je put je lichaam uit om het leven weer te laten stromen of ik vertrek en laat je met je geliefde dood lekker samenwonen.

Gelukkig is de depressie nog niet vitaal en kom ik bij mijn positieven als ik me opdruk en als een gek bergetappes luchtfiets, kilometers lang langs de kaden loop op een ontsukkelend drafje en mijn huis schoonmaak als een meditatie waarin ik mijzelf boen. Het helpt me bij het proeven van mijn woorden. ‘Ik wil dood, dus ik besta’ komt opeens zo cynisch over dat het me meelijwekkend puberaal voorkomt. Ik lach met de kiespijn van een boer om mijn dwaze Wertherdom, waarin ik sjans met mijn Thanatos als mijn Eros te weinig slaap krijgt en ik me daar kennelijk geheel en al bij wil neerleggen.

Lazarus richt zichzelf in mijn groener geworden ziel op en veegt de moed bij elkaar, waar mijn vloer mee bezaaid is. Eenmaal uit de ban van de magie van de oneindigheid van de reflectie op de zinloosheid van het leven, begin ik zowaar te schateren over de mens die de wereld niet aankan als hij hem zelf tot een complete duisternis heeft verklaard. Hoe je in een innerlijk gesprek kunt trappen, dat zich bedient van woorden zonder die te betwijfelen. Nooit kan iets in alle gevallen negatief zijn zonder dat je zelf aan dat realisme onderdoor gaat. Dat ondervinden de echte armen op aarde dagelijks aan den lijve, waardoor ze je zo toe kunnen lachen in al hun ellende.

Zoals het ook nooit in alle gevallen positief kan zijn zonder dat je aan dat idealisme de grond onder je voeten kwijt raakt. In een vleesgeworden kritisch rationalisme omarm ik de idee dat gelukkig geen enkele waarheid gedacht kan worden, omdat je er nog niets tegenin kan brengen. Wat je in je handen meent te hebben als zekerheid kan morgen alweer onzeker zijn. Dat biedt je alle vrijheid van de wereld om er wel of niet in te geloven. Van een geschrokken hoedje is God een zegswijze geworden dat je iets niet zonder verbeeldingskracht boven je pet op zijn plaats en in zijn tijd kan houden. Zo Thanatos en Eros met elkaar verzoenend in een levenswil, waar de dood een puntje aan kan zuigen.

11 thoughts on “Alle deelnemers Sjans – laatste bijdrage tweewekelijkse

  1. Antoinette, ik heb er nog een toegevoegd, een heel bijzondere van Moisés.
    Omdat het kort dag was is er geen afbeelding bij. Misschien dat hij nog langs komt om er één aan te bieden:)

  2. Ik ga morgen even bij iedereen meelezen, en mag ik dan mijn verhaal nog inzenden, want de foto heb ik al… en de woorden, als ik er ven voor ga zitten, zullen vanzelf komen… 😉

    • verlaat is niet erg
      of ik er vandaag nog aan toekom weet ik niet
      ik ben van plan het verzamelde blog als statische pagina
      even een tijdje te fixeren, dus je verhaal blijft wel even in de picture staan

    • geeft niet
      jouw reacties zijn zowiezo prikkelend om tot actie te komen
      het is hier niet al te georganiseerd zoals je wel gemerkt hebt:)

      ik kom zo snel mogelijk lezen, aline

Geef een reactie op Aline x