Ik ben er wel.
Maar ook niet helemaal.
Ik kijk naar wat er om mij heen gebeurt en voel me een buitenstaander…
voel niet dat ik op de een of andere wijze verantwoordelijk zou moeten of kunnen zijn voor het verloop der dingen.
Lang kun je dat in een gezin met kleine kinderen niet volhouden.
Arme Sassa, normaal gesproken toch een makkelijke slaper, werd sinds ik hem in bed had gelegd, telkens weer huilend wakker. Zodra ik echter in beeld verscheen, verdween prompt het huiltje en kwam er een stralend lachje tevoorschijn…
en dit deed hij elke keer…
Op een gegeven moment voelde ik me behoorlijk bij de neus genomen…bij het laatste huiltje weigerde ik dan ook mijn geplaagde neus te laten zien en liet hem huilen…
–Ga je niet bij hem kijken?
-Nee, laat hem maar even huilen, dan valt hij vanzelf in slaap…
Ik word aangekeken alsof ik moederoverste der oude toverkollen ben, maar ik negeer alle nonverbale lichaamsuitingen.
Zuchtend staat papa op en loopt naar zijn arme baby, die prompt lief begint te lachen en ik ook, maar dan in mijn vuistje.
Dan betreedt papa de woonkamer en zegt bezorgd dat zijn neusje verstopt is en dat hij daarom telkens wakker wordt…
Dat krijg je er dus van als je in een dichte mist deelneemt aan het leven, dan gaat het leed van je dierbaren zomaar aan je voorbij…
Met de staart tussen de benen en een hart vol schuld pel ik een ui en snijd deze doormidden…
zo Sassa, aan je linkeroortje een ui en een uitje aan je rechteroor…dat slaapt vast lekkerder…
en mama zal het nooit meer doen…jou niet horen, jou niet zien…want daar ben je veel te lief en speciaal voor…